zonnejaar
Nederlandsk
Etymologi
Substantiv
zonnejaar zonnejaar
Bøjning
Best. Ental het zonnejaar |
Ental diminutiv zonnejaartje |
Flertal zonnejaren |
Flertal diminutiv zonnejaartjes |
zonnejaar zonnejaar
Best. Ental het zonnejaar |
Ental diminutiv zonnejaartje |
Flertal zonnejaren |
Flertal diminutiv zonnejaartjes |